dinsdag 1 maart 2022

TvL - Reflectie 1

 Moderne theologie?


Johannes Paulus II (hier verder afgekort tot JP2 zonder hiermee denigrerend te willen zijn) spreekt in de eerste hoofdstukken van de Theologie van het Lichaam over de Elohistische en Jahwistische scheppingsverhalen. Genesis 1 - 2:4 is Elohistisch, het tweede scheppingsverhaal Jahwistisch. Dit eenvoudig omdat de Godsnaam in het eerste verhaal niet wordt gebruikt.


Ik ben niet erg op de hoogte van de theorie achter deze verdeling van Elohistische en Jahwistische delen van de Torah, maar het is zeker niet alleen JP2 die dat doet. Het is of was een tijd in zwang om op die manier de grondtekst van de Torah te verdelen in stukken die ouder dan wel nieuwer zouden zijn. Het uiteindelijke resultaat is dan een product van latere redactie die de verhalen uit de verschillende perioden combineerde.


Voor iemand die is opgevoed met de gedachte dat de Torah de "vijf boeken van Mozes" is en dus één auteur heeft, wekt een dergelijke verdeling (die veel meer de menselijke kant benadrukt van de Bijbel) altijd wat ergernis. Wat mij opviel aan in de Theologie van het Lichaam is dat JP2 wel regelmatig strooit met deze termen maar het uiteindelijk niet of nauwelijks invloed heeft op wat hij daadwerkelijk wil zeggen. De kern is dat er twee scheppingsverhalen zijn; iets wat niemand zal ontkennen; en dat deze twee scheppingsverhalen ieder een heel eigen invalshoek hebben ook niet.


Voor JP2 is het precieze karakter van de inspiratieleer van de Bijbel veel minder belangrijk dan voor bevindelijk gereformeerden. Dit komt omdat de Bijbel voor hem niet het enige fundament is waarop de Kerk staat. Hierdoor kan hij vrij spreken over de scheppingsverhalen als mythen en voelt hij zich dus niet gebonden aan een letterlijke interpretatie.


Ik vind het vervolgens intrigerend om te zien hoe JP2 met de tekst omgaat. Want aan de ene kant volgt hij een heel eind de "moderne" theologische opvatting, aan de andere kant neemt hij de betekenis van de tekst zeer precies. Je kunt merken dat JP2 de Bijbeltekst werkelijk als Godswoord leest, een Woord dat misschien anders is overgeleverd naar zijn idee dan een letterlijk verslag van gebeurtenissen, maar evengoed een Woord dat zegt wie wij als mensen zijn en horen te zijn.


Persoonlijk zou ik er voor kiezen om primair - net als JP2 - de betekenis van de tekst voorop te stellen, en niet zozeer te benadrukken dat de zaken die in de scheppingsverhalen worden genoemd persé letterlijk genomen moeten worden. Tegelijkertijd heeft een letterlijke interpretatie wél de voorkeur, omdat elke andere uitleg per definitie verder af staat van de tekst en meer voortkomt uit de ideeën van de uitleggende theoloog.


Mijn indruk is echter dat JP2 in de TvL wel vaak de moderne theologie noemt maar in de praktijk zich gewoon laat leiden door wat de bijbeltekst aanbiedt.


Lichaam en Ziel


Ik vond het niet eenvoudig om te begrijpen waar volgens JP2 het unieke van de mens nu in lag. Het is op zich duidelijk waar hij heen wil, namelijk: een (her) waardering van het menselijk lichaam. Maar wát zag Adam (of: de mens) nu precies toen hij de dieren namen gaf? Het feit dat de mens kan denken, en bewustzijn heeft is iets wat hem uniek maakt, maar JP2 wil verder dan dat. Ook het lichaam zélf zou unieke kenmerken bezitten; en dat terwijl het lichaam van de mens in feite niet fundamenteel verschilt van dat van de dieren.


Later in de TvL zal JP2 benadrukken dat het menselijk lichaam een eigen taal kan spreken; en dat het belangrijk is dat het innerlijk met het uiterlijk in overeenstemming is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten